Paleis Lofen is in 1000 jaar verdwenen tussen de Vismarkt en het Domplein in Utrecht. Reis aan de hand van de belangrijkste gebeurtenissen mee door te tijd.
EEN VERDWENEN PALEIS
Tijdlijn
BOUW
In de middeleeuwen maakte Utrecht onderdeel uit van het Heilige Roomse Rijk. Dit was een gigantisch keizerrijk dat zich uitstrekte over een groot deel van Europa. Om dit rijk te besturen trok de keizer van paleis naar paleis. Ook in Utrecht stond een van zijn paleizen, genaamd Lofen.
Het moet een prachtig paleis geweest zijn van zo’n dertig bij twaalf meter. Het paleis was gebouwd in tufsteen en werd aan de binnenkant verdeeld door een rij van zuilen. Aan de buitenkant was het paleis opengewerkt met boogvensters. In het souterrain van het paleis waren de ruimtes voor de hofhouding. Op de bovenverdieping was de grote zaal waar de keizer feesten hield en bezoek ontving.
STADSRECHTEN
Op 2 juni 1122 verleende keizer Hendrik V aan Utrecht stadsrechten. Op een van de oorkondes staat: ‘Data in palacio imperatoris in Traiecto, quod vulgor Lofen dicitur’, oftwel uitgegeven in het keizerlijk paleis in Utrecht, dat in de volksmond Lofen wordt genoemd. Maar het verkrijgen van de stadsrechten verliep niet zonder slag of stoot.
In deze oorkondes bevestigde keizer Hendrik V in Paleis Lofen de stadsrechten van Utrecht. Nu mochten zij een eigen stadswal bouwen, een eigen rechtbank opzetten en een eigen bestuur. Ook werden de inwoners vrijgesteld van bisschoppelijke tol. De impact van de stadsrechten kan moeilijk onderschat worden. Eeuwenlang is Utrecht de grootste en rijkste stad van Nederland.
BRAND
Tijdens een grote, negen dagen durende, stadsbrand in 1253 is Paleis Lofen waarschijnlijk verwoest. Het paleis wordt daarna niet meer als zodanig gebruikt. De locatie wordt dan eigendom van het kapittel van de Domkerk.
Er worden huizen gebouwd op de voormalige plek van het paleis die werden bewoond door kanunniken van de Domkerk. Het voormalig souterrain van het paleis is vanaf dat moment in gebruik als kelders.
VERGETELHEID
Eeuwenlang hebben de resten van Paleis Lofen verborgen gezeten en zijn ze in de vergetelheid geraakt. In de negentiende en twintigste eeuw is het paleis weer ‘ontdekt’.
ONTDEKKING
In de kelder van een van de pand aan het Domplein, had de toenmalige eigenaar Gustav Bauer een oude zuil ontdekt. Gedreven door zijn ‘liefde voor archeologie’ was hij zich gaan verdiepen in de ouderdom van deze zuil. Bauer was tot de conclusie gekomen dat deze zuil uit de negende of tiende eeuw kwam. ‘Doch overblijfselen uit den tijd der Hohenstaufen, ja zelfs uit den tijd der Saxische keijzers’.
Het ging om het pand Domplein 16 (nu café Walden), waar Bauer in 1856 samen met S. en J. van Lier de Utrechtsche Fabriek van Zilverwerk had gevestigd.
OPMETEN
In 1886 was er opnieuw belangstelling voor de kelders tussen de Vismarkt en het Domplein. Ditmaal kwam die uit Den Haag. Op aangeven van rijks- en gemeentearchivaris Samuel Muller Fzn. kwam tekenaar Adolph Mulder naar Utrecht om een precieze opmeting te maken en verslag te doen met een plattegrond.
Daarbij werden op enkele plaatsen ook delen van het muurwerk ontgraven. Uit het opschrift van de tekening blijkt dat deze resten inmiddels werden beschouwd als het ‘Paleis der Duitsche Keizers te Utrecht’. Dat beeld wordt bevestigd door een artikel uit datzelfde jaar in het Bouwkundig Weekblad door Ferdinand Jacob Nieuwenhuis (1848-1919), de latere directeur van de Dienst van Gemeentewerken in Utrecht. ‘In alle gevallen hebben wij hier nog met de overblijfselen van een der oudste gebouwen hier te lande te doen.’
IMPRESSIE
In 1893 maakte Willem Steelink een reconstructie van het interieur van het paleis. Daarbij baseerde hij zich op de opmeting door Adolph Mulder uit 1886. Als illustratie in het eerste deel van ‘Het leven van onze voorouders, een vaderlandse geschiedenis’ door Nicolaas de Roever en Jacob Dozy, zou deze voorstelling zijn weg vinden naar een breed lezerspubliek en tot ver in de twintigste eeuw het beeld van Paleis Lofen blijven bepalen.
MONUMENT?
In 1928 kreeg de gemeente Utrecht een eigen Monumentenverordening en in dat kader werd op 9 mei een Monumentencommissie ingesteld. Aan deze commissie werd de opdracht gegeven om een eerste lijst van gemeentelijke monumenten op te stellen. Bij de vaststelling van de lijst door het college van B&W werd de voordracht van de commissie van de overblijfselen van het Paleis Lofen in deze kelders vooralsnog niet overgenomen. Was het immers niet eigenaardig om ‘monumenten op de lijst te plaatsen, die niet zichtbaar zijn en waarvan men zelfs niet eens weet of ze er wel zijn’?
ONDERZOEK
Voor de commissie was dit aanleiding tot het instellen van een nader onderzoek ter plaatse, dat uiteindelijk vier jaar in beslag zou nemen. Nadat men eerst een viertal fotografische opnames ter plaatse had laten maken door het Rijksbureau voor Monumentenzorg, werd opdracht gegeven om het hele complex opnieuw te doen opmeten en ook een van de zuilen tot aan het basement te ontgraven. Hiervoor werd een beroep gedaan op Willem Stooker, opzichter van de dienst Gemeentewerken, die de ‘hiervoor vereischte piëteit’ zou bezitten.
In juni 1931 neemt de commissie kennis van de eerste resultaten van hun onderzoek, waarbij ook een bezoek wordt gebracht aan de kelder van Domplein 16, om de ontgraven zuil te komen bekijken. Het college van burgermeester en wethouders heeft dan inmiddels besloten om Domplein 13, 14, 15, 16, 18 en 19 alsnog toe te voegen aan de Utrechtse momentenlijst, althans ‘voor zover in deze perceelen resten aanwezig zijn van het oude keizerpaleis Lofen of een der zogenaamde steenen huizen van de Dom’. Deze laatste toevoeging had betrekking op de claustrale huizen die het Domkapittel na het midden van de dertiende eeuw ter plaatse van het voormalige paleis had laten bouwen en waarvan het muurwerk nog altijd schuilging achter de gevels van genoemde panden.
WEER BRAND
In de nacht van 21 november 1934 legde een uitslaande brand het gebouw van Domplein 16 volledig in de as. Vanaf het Domplein kon je door de half afgebrande plafondbalken naar beneden kijken en de resten van Paleis Lofen zien liggen. Op 20 maart 1935 boog ook de Monumentencommissie zich over de nieuwe plannen voor het complex. Kunsthistoricus George Charles Labouchere adviseerde de resten van Paleis Lofen ‘uit te sparen tot het oude vloerpeil en als monument te bewaren’. Hiervoor kreeg hij toestemming.
Het lukte hem echter niet het laatste claustrale huis dat boven de resten van Paleis Lofen stond te redden, ook niet toen het pand aan de stad te koop werd aangeboden. Het college van B&W vond de kosten veel te hoog.
OPGRAVINGEN
Labouchere, Stooker en archeoloog A.E. van Giffen waren naast betrokken bij de kelders, ook bezig met de opgravingen op het Domplein in 1936. Het onderzoek naar de precieze omvang van het Romeinse fort Traiectum leidde er toe dat ze ook in nog andere kelders gingen graven. Zo troffen ze onder andere onder de meeste noordelijke zuil van Paleis Lofen ook een stuk Romeinse muur aan.
LAATSTE HUIS
Op 2 april 1937 werd het complex met het laatste middeleeuwse huis in veiling gebracht en verkocht voor een bedrag van fl. 27.000 – meer dan het tienvoudige als het bedrag waarvoor het ‘steenen huis’ twee jaar eerder aan de gemeente was aangeboden. In 1938 ging dit complex tegen de vlakte om plaats te maken voor een garage met bovenwoningen (nu Domplein 17 en 18).
GARAGE
Op Domplein 16 en 17 vestigde zich in de nieuwe panden een garage, Vredendaal, voor meer dan vijftig jaar. Naast een bezinepomp legde de garage zich na de oorlog toe op de verkoop van Skoda’s.
HORECA & WONEN
De panden met kelders met daarin resten van Paleis Lofen zijn sinds beging jaren negentig van de 20ste eeuw in gebruik als horeca en voor wonen (Maartenshof).
BAKKERIJ ANDRÉE & DE LAAT
Op Vismarkt 21 zat tot 2000 Bakkerij Andrée & De Laat. De kelders die nu toegankelijk zijn als de historische attractie Paleis Lofen waren tot 2020 in eigendom van de bakkerij en zijn toen overgedragen aan Stadsherstel Utrecht.
UTRECHT 900 JAAR
Eeuwenlang zijn de sporen van Paleis Lofen verborgen geweest. Tot nu. DOMunder en de Paleis Lofen-community hebben de verborgen kelders toegankelijk en beleefbaar gemaakt. Op 2 juni 2022, op de 900ste verjaardag van Utrecht, is Paleis Lofen geopend voor iedereen.